Studieprogramma

De bacheloropleiding Interieurarchitectuur en Meubelontwerpen (IAFD) omvat de volledige breedte van de ruimtelijke omgeving en richt zich op de aspecten die bepalen hoe we onze dagelijkse leefomgeving ervaren.

Elk jaar wordt er een centraal thema gekozen dat de activiteiten van het programma inspireert. Voorbeelden van jaarthema's zijn: Shrinkage-pruning-growth, (Dis)connect/Always on, Gender, The Politics and Poetics of Landscape, Gardening the World, Movement, Bio-plasticene, No Trace(s) Left and Celebration.

Vanaf dit jaar focussen we op Cohabitation. Wat is de relatie tussen de mens en andere soorten en materialen op hun leefgebied, de aarde. Welke soorten communicatie, afhankelijkheden en samenwerkingen zijn onderling mogelijk en hoe kan dit worden aangepakt en weerspiegeld in de ruimtelijke praktijk?

Het vierjarige programma van de Bachelor Interieurarchitectuur & Meubelontwerpen bestaat uit drie fasen: de propedeuse, de hoofdfase en de afstudeerfase. Elke fase heeft een specifieke missie. ONTDEKKEN (jaar 1), FOCUS & CONNECT (jaar 2 en 3) en POSITIONEREN (jaar 4).

Deze chronologische structuur is vertaald in vijf doorlopende leerlijnen, die de domeinen vormen die in elk van de studiejaren aan bod komen. Deze vijf domeinen zijn:

Theoretische en praktische leervaardigheden zijn geïntegreerd in de ontwerpstudio's waar je je eigen werkplek hebt. Omdat de architectuur- en ontwerpopleidingen die we geven zijn ingebed in een kunstacademiecontext, ligt de nadruk van de opleidingen op de mogelijke culturele en maatschappelijke rol van design en architectuur.

Door je ‘denkende’ handen te gebruiken, experimenteer je terwijl je met materialen werkt en vormgeeft. Door spontaan content te maken doe je verrassende en onvoorziene ontdekkingen binnen je ontwerpproces.

Door binnen de kaders van de school ‘echte’ opdrachten (voor externe opdrachtgevers) aan te bieden train je je vaardigheden voor de beroepspraktijk. Een integraal onderdeel van het IAFD-programma is het ontwerpen van en deelnemen aan evenementen zoals de Open Dag Presentatie, het Afstudeer Festival en het Afdelingsdiner.

Studenten analyseren bestaande architectuur-, ontwerp en beeldende kunstprojecten om het besluitvormingsproces te ontdekken en hoe je deze kennis kunt gebruiken bij het plannen van nieuwe ontwerpen. Je krijgt onderzoeksmethoden aangereikt, die in de verschillende disciplines van kunst, architectuur en design worden gebruikt. Door korte lezingen en het voorbereiden van verslagen en enquetes worden filosofische, culturele, sociale en politieke relaties tussen ontwerp en samenleving onderzocht.

Binnen dit domein scherp je je kritische en onafhankelijke houding aan en ontdek je jouw unieke manier om je te positioneren binnen de kunst-, architectuur- en ontwerpcontext. Hierbij ligt de nadruk op het zelfstandig leren werken, het maken van keuzes voor je positionering in het vakgebied, en krijg je ook meer keuzevrijheid in de begeleiding door docenten bij het zelfstandig opzetten van projecten. Mind Map in het eerste jaar, in het tweede jaar het Resources project, ‘Project X’ in het derde jaar en in het eindexamenjaar het Afstudeerproject & Thesis.

Het curriculum is gebaseerd op de principes van experimenteren en onderzoeken. Ieder studiejaar richt het onderzoek zich op specifiek gebieden of actuele onderwerpen, vertrekkend vanuit een solide historische en culturele basis. Zo ontstaan er steeds nieuwe mogelijkheden om deze basis te herinterpreteren en actuele kwesties te integreren in ontwerpexperimenten. Omdat deze ontwerpexperimenten vaak heel persoonlijk zijn, is er geen standaardproces of -methode die kan worden gevolgd. Door verschillende methoden te laten zien, kunnen de docenten je begeleiden bij het vinden en ontwikkelen van jouw eigen werkwijze. Dit betekent ook dat kennis van de natuurwetenschappen, zoals mechanica, biofysica, materiële en technische kwaliteiten, alleen wordt gedoceerd op basis van individuele behoefte en noodzakelijkheid, afhankelijk van jouw eigen onderzoek.

Elk van de vijf domeinen heeft een gelijk aandeel in het bepalen van de kwaliteit van het totale curriculum. Er wordt gewerkt in de IAFD studio’s en in de werkplaatsen. De projecten die worden ontwikkeld profiteren van de integratie tussen de domeinen en door bijvoorbeeld gastcolleges ingebouwd in het curriculum. Voorbeelden hiervan zijn: handtekenlessen, digitale tekenlessen, analoog en digitaal 3D modelbouw, kennis d.m.v. zogeheten Docking Stations (DOK), presentatie- workshops en meer. Ook leren van elkaar en reflecteren zijn een integraal onderdeel van het curriculum. Om dit te faciliteren stimuleren we je om op de academie te werken.

Een belangrijk deel van jouw ontwikkeling tot kritische en empathische ontwerper is om geconfronteerd te worden met de ontworpen wereld. Hiervoor organiseert de IAFD afdeling excursies, bezoeken aan bouwlocaties, ontwerpstudio’s, werkplaatsen en tentoonstellingen. Daarnaast word je gestimuleerd zelf door de stad en het land te lopen of te fietsen of te reizen zonder een definitieve bestemming, met als enig doel goed om je heen te kijken en te ervaren hoe alles in de wereld is ontworpen.

Programmastructuur

Tijdlijn/beoordeling & voortgang

De meeste cursussen/modules duren één blok of één semester. Per week duren sommige cursussen een paar uur, sommige een halve dag en sommige een hele dag. In de laatste week van de cursus wordt elke module afzonderlijk beoordeeld tijdens de individuele beoordelingen door de verantwoordelijke docenten, vergezeld van schriftelijke feedback.

Vervolgens vul je aan het einde van het semester je zelfevaluatie in, formuleer je een semesterstatement en presenteer en documenteer je al je werk tijdens de Collectieve Evaluatie. De presentatie wordt bezocht door het docententeam dat je het afgelopen semester les gaf. Beginnend met een Q&A wordt er een gesprek gevoerd over de werken, de samenhang ervan en je studievoortgang en krijg je feedback (ook schriftelijk).

Halverwege het semester, aan het einde van het eerste blok, wordt een voortgangsevaluatie ingelast om een informele dialoog te voeren over de ontwikkeling van je werk, waarbij peer-to-peer feedback wordt gegeven, gemodereerd door twee van je docenten. Deze week zijn er geen reguliere lessen behalve de academiebrede modules en IST-projecten.

Competenties & beoordelingscomponenten

De IAFD afdeling volgt de competenties die zijn opgesteld voor het kunstonderwijs in Nederland. De competenties evolueren elk jaar parallel aan je prestaties.

  • Creatief vermogen
  • Vermogen tot kritische reflectie
  • Capaciteit voor groei en innovatie
  • Organisatorisch vermogen
  • Communicatief vermogen
  • Omgevingsbewustzijn
  • Goed kunnen samenwerken

Andere criteria hebben betrekking op projectonderwijs:

  • Onderzoeksanalyse
  • Idee/concept/visie
  • Presentatie – mondeling en visueel
  • Ontwerpkwaliteiten

Studievoortgang, programma-evaluatie en welzijn

De afdeling IAFD heeft een kwaliteitsevaluatiecyclus ingericht, de programma-evaluatie, waarbij je actief wordt uitgenodigd om deel te nemen. Het volledige programma van elk studiejaar regelmatig geëvalueerd, inclusief gesprekken over roostering, werkcolleges, werkdruk en lesmethoden. Het programma zelf bevat enkele cursussen die gericht zijn op een beter begrip van de leeromgeving, waaronder tips voor fysiek welzijn, hoe je kunt profiteren van peer-to-peer learning, hoe je feedback kunt geven en ontvangen en hoe je je studie kunt structureren en organiseren.

Wij bieden één-op-één gesprekken over je studievoortgang met een IAFD studie mentor. Moeilijkheden en uitdagingen, maar ook keuzes en kansen en persoonlijke professionele inzichten komen aan bod. Deze gesprekken blijven privé en als er persoonlijke zorgen en moeilijkheden zijn die ernstiger zijn en buiten het bereik liggen van de hulp die de afdeling kan bieden, hebben we bij de KABK studentendecanen in huis die hulp en ondersteuning kunnen bieden.

Keuzevakken, zelf geïnitieerde projecten en Individueel Studietraject (IST)

Sommige onderdelen van het IAFD-studieprogramma zijn keuzevakken, zodat je meer keuzevrijheid hebt in je persoonlijke studietraject. Ook bieden wij de mogelijkheid voor zelf geïnitieerde projecten.

Eén dag per week wordt de Individual Study Track (IST) aangeboden. De IST is een academiebreed programma, waardoor het een interdisciplinair karakter heeft.

Het doel van de IST is om verdieping en breedte aan het studieprogramma toe te voegen. Je kunt er bv. voor kiezen om meer nadruk te leggen op vaardigheidsvakken, een keuze maken uit het KABK-brede aanbod van interdisciplinaire Research Labs en introductiecursussen, of ervoor kiezen keuzevakken of een minor aan de Universiteit Leiden te volgen. Bij de IST hoort een studieplan, dat samen met de IAFD IST-coach wordt opgesteld.

IAFD dinsdaggesprekken

In het eerste semester wordt een lezingen-, discussie- en meet & greet-programma georganiseerd waaraan alle IAFD-studenten kunnen deelnemen. Alumnigesprekken worden afgewisseld met gesprekken van professionals en experts. De sprekers worden na de lezing uitgenodigd voor een informeel samenzijn met de IAFD-studenten.

Projectweken

De weken volgend op de collectieve beoordelingen in het eerste semester en het begin van het tweede semester (3 weken in januari) worden gebruikt voor projectweken. Tijdens een projectweek wordt aan één project gewerkt wat aan het eind van de week tot resultaat leidt. Het project kan een experiment of initiatief zijn dat door studenten wordt voorgesteld, of een specifieke vaardigheid aanbieden die in het curriculum ontbreekt, of een manier zijn om in volle concentratie aan één project te werken. Tijdens een projectweek is de werkwijze hetzelfde als in een workshop. De projectweken zijn bedoeld om jou de kans te geven projectmanagement en zelfredzaamheid binnen het IAFD-programma te ontwikkelen. De projectweken worden begeleid door docenten, gastdocenten of externe deskundigen; afhankelijk van de opdracht en de locatie.

Community day, afdelingsdiner en buddyprogramma

  • Community day
    De IAFD Community Day, ook wel het C-Day festival genoemd, is een initiatief van onze afdeling om samen een gemeenschap op te bouwen en te investeren in onze gedeelde studieomgeving. Het is een actief platform voor onderwerpen die essentieel zijn in een studie omgeving, maar niet direct zijn terug te vinden in het curriculum. Onderwerpen die aan bod komen via workshops, lezingen en vraag- en antwoordsessies zijn: wat het betekent om een gemeenschap te zijn, diversiteit en inclusiviteit, het delen van culturele achtergronden en het professionele leven na de academie. De IAFD community day is bedoeld voor iedereen die actief betrokken is bij onze afdeling. Ons doel is om onze verbindingen te versterken, en daarom zullen zowel studenten als docenten van alle jaren in gemengde groepen deelnemen. Een werkgroep van studenten en docenten ontwikkelt de inhoud voor dit afdelingsevenement. In deze werkgroep bespreken we onderwerpen die we graag willen bespreken tijdens de communitydagen en onderzoeken we hoe we dat kunnen doen. Samen maken we een programma en organiseren we het evenement.
  • Afdelingsdiner
    Elk jaar worden de IAFD2-studenten gevraagd een afdelingsdiner te ontwerpen, organiseren en hosten, waarbij alle studenten en docenten van de afdeling worden uitgenodigd om een maaltijd te delen.
  • Buddy-programma
    We hebben verschillende buddyprogramma's geïnstalleerd om de sociale cohesie, gemakkelijke toegang tot informatie en het delen van ervaringen over de opleiding te vergroten. Het buddyprogramma voor de eerstejaarsstudenten, waarbij zij samenwerken met een tweedejaarsstudent, is erop gericht de eerstejaarsstudenten vertrouwd te maken met het studieprogramma en de leeromgeving op de KABK. Het buddyprogramma voor eerste- en tweedejaarsstudenten is opgezet om samen met afstudeerders de presentatie van hun afstudeerproject op te bouwen en zo inzicht te geven in wat het inhoudt om af te studeren aan de afdeling.

Missie: ontdekken

Tijdens het eerste studiejaar spelen de volgende kernbegrippen een centrale rol: grondbeginselen van het vakgebied, fundamenten, scannen, experimenteren, (brede) oriëntatie en confrontatie, ontwerp, leren door te doen, interactie en sociale netwerken/studentenmix. De propedeutische fase is er een van vragen stellen, verkennen, experimenteren en observeren, waarbij je je ervan bewust wordt dat bij kunst en vormgeving (samen met het kunstonderwijs) altijd sprake is van maken in relatie tot denken (en vice versa).

Projectmatig onderwijs speelt een centrale rol. Per blok werk je aan één of twee hoofdprojecten, waarbij ontwerpoefeningen in verschillende fasen zijn opgebouwd. Projectwerk vindt plaats tijdens een geconcentreerde periode van ongeveer 8 weken. De overige domeinen zijn geïntegreerd in het Studio-domein. Er wordt maximaal gebruik gemaakt van de werkplaatsen en faciliteiten van het instituut, waardoor jouw kennis maakt met alle mogelijke ontwikkel- en productiemethoden. Ook interactie met de andere disciplines die de KABK aanbiedt, wordt in deze fase verkend.

De Studio kenmerkt zich door het leren werken met ruimte en vorm, vormstudies en materiaalonderzoek. Onderzoeken worden gevoed met input van andere disciplines, die over disciplines heen werken. Door te produceren en te experimenteren en door je handen te laten spreken, maak je kennis met het idioom van de architectuur- en ontwerpdiscipline. Onderwerpen die aan bod komen zijn Mijnbouw, Fabricage, Assembleren & Demonteren, Verbinden, Context, Presenteren & Reflecteren.

Ingrediënten van de Studio

  • Je krijgt een gedegen introductie in alle afdelingen en disciplines en in de rijkdom aan faciliteiten/workshops die de Academie (domein Media & Materialen) biedt.
  • Je ontwerpt, organiseert en produceert een evenement (de IAFD Open Dag), je legt elk semester je opdrachten ter beoordeling voor en bent buddy voor een afstudeerder die helpt bij zijn of haar afstudeerproject (domein Beroepspraktijk).
  • De lessen Architectuur- en Ontwerpgeschiedenis & Theorie geven inzicht in de geschiedenis en hedendaagse situaties en context van architectuur, design en beeldende kunst. - Met de track Alchemie train je je mondelinge en schrijfvaardigheid voor het communiceren van de concepten en kaders in je eigen werk en presentatieoefeningen (het Contextdomein).
  • Het achterhalen van je persoonlijke professionele interesses en het opzetten van jouw onderzoek. Het helpt je bij het documenteren van onderzoeken, zodat je jouw ontwerphouding kunt formuleren (het domein Independent Practice).

KABK brede colleges

Daarnaast volg je in het eerste jaar de volgende academiebrede colleges:

  • Discourse collegereeks met discussies over een aantal case studies in kunst en design.
  • (Eerste) 100 dagen: Kennismaken met de KABK-leer- en werkomgeving en de leefomgeving in Nederland en Den Haag. Je kunt dan ook medestudenten van andere bachelorafdelingen ontmoeten en van hen leren.
  • De KABK organiseert ook een Studium Generale-lezingenreeks waar alle studenten bij kunnen zijn. Daarnaast worden er regelmatig IAFD-lezingen georganiseerd binnen de verschillende vakken, het thema van het jaar, voor alle studiejaren.

Vakken & studiepunten 2023-2024

Vakken Semester 1ECTS
Manufacture - Workshops6
Mine - What is material resource6
Assemble and Disassemble12
Events 11
Lectures1
100 Days Program1
Research 11.5
Discourse 11.5
Collective 10
Totaal studiepunten per semester30
Vakken Semester 2ECTS
Collect and Connect12
Present and Reflect12
Material Bank1
Events 2: Graduation Project Buddy1
Research 21.5
Discourse 21.5
AWPPW1
Collective 20
Totaal studiepunten per semester30

Missie: focus

Kernbegrippen in de hoofdfase zijn forecasting, backcasting, visionair denken, dromen, de toekomst en het hier en nu in detail. Het curriculum streeft ernaar verbindingen te leggen met hedendaagse vraagstukken in zowel de nationale als internationale arena - om je individuele positie te trainen in het kiezen van een focuspunt binnen deze thema's (Wie ben ik als ontwerper? Waar zou ik aan willen werken?).

Nadat je tijdens de propedeutische fase kennis hebt gemaakt met het door jou gekozen vakgebied, de academie en de workshops, gebruik je deze basiskennis in het tweede jaar om posities in te nemen bij opdrachten met een grotere complexiteit. Er wordt dieper ingegaan op de realiteit van het vakgebied en de specifieke aandachtsgebieden die het omvat. Tegelijkertijd wordt je aangespoord om te beginnen met het formuleren van een visie en een droom voor je toekomst als ontwerper. Er wordt van je verwacht dat je meer initiatief toont en je wordt uitgedaagd je eigen persoonlijke voorkeuren te ontwikkelen en te gebruiken, waarbij je je bewust wordt van je eigen intenties.

Interieurarchitectuur en Meubelontwerpen

Vanaf het tweede jaar kunnen studenten (Meubel)ontwerpen en (Interieur)architectuur aparte curricula volgen. Hoewel de projecten die in het keuzevak Studio-domein worden aangeboden op dezelfde manier zijn opgebouwd, is de aanpak en inhoud afgestemd op het specifieke vakgebied. Tegelijkertijd biedt deze vergelijkbare structuur ook mogelijkheden voor samenwerking. De studio's van de afdeling Meubelontwerp zullen zich meer richten op het deconstrueren en reconstrueren van objecten, het ontdekken van nieuwe middelen en productiemethoden. De afdeling Interieurarchitectuur richt zich bijvoorbeeld meer op de ontwikkeling van ruimtelijke organisatievaardigheden, tektonische oefeningen op huiden en omhulsels en sociale implicaties van bouwen. De tweedejaarsstudenten volgen de overige domeinen gezamenlijk. De diepgaande onderzoekscomponent binnen het Studio-domein neemt elk studiejaar toe. Het domein Media & Materialen is grotendeels geïntegreerd in de Studio’s.

Het domein Context in het tweede jaar bestaat uit drie hoofdonderdelen: Kunst, Architectuur en Designgeschiedenis & Theorie. Via een reeks uiteenlopende lezingen maak je kennis met een verscheidenheid aan relevante thema's in de kunst-, architectuur- en ontwerpgeschiedenis en -theorie en hoe deze onderwerpen zijn gebruikt, onderzocht en geëxploiteerd door kunstenaars, architecten en ontwerpers. Aan de hand van case study-opdrachten in Alchemy word je uitgedaagd om het concept van deze thema's verder onder de loep te nemen, je referentiekader te verbreden en de concepten van deze onderwerpen in je eigen werk te benutten.

In het tweede (en derde) jaar wordt het Context-domein tevens gekoppeld aan één van de twee Studio's (per semester), genaamd DOK (docking station). Deze DOK’s geven je directe theoretische input en motiveren je om nog dieper in de theorie van de opdracht te duiken. Dit vormt een eerste impuls voor de ontwikkeling van individuele voorkeuren en origineel onderzoek.

Vakken & studiepunten 2023-2024

Vakken Semester 1ECTS
Elective: Make in Detail IA 16
Elective Make in Detail FD 1[6]
Elective: Design & Analysis6
Elective: Reverse Engineering[6]
Individual Study Trajectory (IST)6
Context 32
Alchemy 32
Events 3: Community Days + Project Weeks4
Totaal studiepunten per semester30
Vakken Semester 2ECTS
Improvised Building6

Context 4

2
Alchemy 42
Resources6
Individual Study Trajectory (IST) 26
Reality Check 12
Design Routine2
Events 44
Collective 40
Totaal studiepunten per semester30

Missie: connect

Kernbegrippen in dit deel van de hoofdfase zijn onder meer: reality check, vaardigheden, kennis, praktijk- en beroepservaring, werknemer vs. ondernemer, stage en projecten vanuit interne studio/lab/workshop of externe samenwerkingen met werkveld, industrie, overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties.

Tijdens deze fase richt je je op het ontwikkelen van je eigen werk en individuele aanpak, die zich uit in persoonlijke vragen of uitdagende stellingen. Ook de wisselwerking tussen de artistieke en de sociale omgeving speelt in deze fase een belangrijke rol.

Het derde studiejaar weerspiegelt de structuur van het tweede jaar, met extra aandacht voor de aansluiting op de beroepspraktijk. De oefeningen binnen het Studio-domein proberen verdieping te geven door specifiek in te gaan op de maakbaarheid van de ontwerpen. Door het uitvoeren van een ‘reality check’ word je je bewust van de uitdagingen die een ontwikkeld concept met zich meebrengt op het gebied van constructie, materialen en kosten.

De praktische oefeningen vormen een belangrijk onderdeel van het curriculum in het derde jaar. Je werkt aan echte opdrachten voor externe opdrachtgevers, waarbij uitvoering en realisatie van het project binnen budgettaire kaders en een strakke planning een belangrijke rol spelen.

Voorbelden van projecten met een directe link naar de beroepspraktijk zijn onder meer:

Frame x KABK pop-up shop voor de Dutch Design Week 2016 en 2017, PRADA x KABK 2021, Mentality - No Style!, een serie van vijf evenementen ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van De Stijl 2017, IAFD x Forbo Flooring 2019 en de scenografie voor The Nutcracker Suite in samenwerking met de Jazz-sectie van het Koninklijk Conservatorium.

Je wordt gestimuleerd om zoveel mogelijk multidisciplinair te werken en daarbij veel gebruik te maken van de expertise, faciliteiten en werkplaatsen die binnen de KABK aanwezig zijn. Het domein Media en Materialen en het Contextdomein worden verder verkend door te focussen op specifieke thema's en technieken. Deze overkoepelende onderwerpen komen voort uit het jaarthema, dat vaak betrekking heeft op een specifieke maatschappelijke context, en geven ook richting aan de andere domeinen. Eén van de cursussen heeft betrekking op het schrijven over, redigeren en art direction van je werk.

In semester 5 schrijf je een stageplan inclusief de ontwikkeling van een individueel en expressief portfolio om zo een plek te verwerven in het bedrijf of de omgeving die bij jou past of het meeste interesseert. Sluitstuk van de hoofdfase is dit beoordelingsportfolio, opgesteld in het tweede en derde studiejaar.

Aan het einde van semester 5 en het begin van semester 6 worden een opdracht voor een zelf geïnitieerd project en een schrijfoefening geïntroduceerd om je vertrouwd te maken met de vereisten voor een afstudeerproject in semester 7 & 8.

In semester 6 maak je kennis met de beroepspraktijk in de vorm van een stage bij een zorgvuldig en individueel geselecteerd nationaal of internationaal ontwerp- of architectenbureau, een kunstenaarsatelier, overheids- of non-profitorganisatie of een ambachtelijk atelier. Halverwege de stageperiode, op de stageterugkomdag, geef je een presentatie over je ervaringen aan je medestudenten, de stagecoördinator en de tweedejaarsstudenten. De stage wordt afgesloten met een schriftelijk rapport.

Vakken & studiepunten 2023-2024

Vakken Semester 1ECTS
Elective: Design & Society IA6
Elective: Design & Society FD[6]
Field Research6
Elective: Tectonics [DOK] 11
Elective: Collection [DOK] 1[1]
Individual Study Trajectory (IST)6
Alchemy 53
Event 5: Presentation1
Reality Check4
Internship 12
Collective 50
Totaal studiepunten per semester30
Vakken Semester 2ECTS
Elective: Design & Society IA3
Elective: Design & Society FD[3]
Elective: Tectonics [DOK] 23
Elective: Collection [DOK] 2[3]
Project X4
Alchemy 63
Individual Study Trajectory (IST)3
Internship 215
Totaal studiepunten per semester30

Missie: positionering

Kernconcepten in het vierde jaar zijn onder meer: conceptueel raamwerk, manifestatie, oeuvre, statement en portfolio, aanvullend onderzoek, extra diepgang, paper/scriptie en het opbouwen van een collectie.

In de afstudeerfase richt je je op het ontwikkelen van je individuele positie door het formuleren van een conceptueel raamwerk. Je bepaalt jouw plek in het werkveld, wat tot uiting komt in je oeuvre, stelling en portfolio. Extra diepgang wordt nagestreefd via een paper of scriptie. Je creëert je eigen architectuur- of ontwerpprojecten, beheerst de bijbehorende technieken en bent in staat je projecten op overtuigende wijze te presenteren.

Het primaire doel van de eindfase, die uitmondt in een eindexamen, is om je kwaliteiten als ontwerper te laten zien. Dit houdt in dat je jouw ideeën moet kunnen omzetten in concepten, architectonische oplossingen, meubel- en productoplossingen, vorm, materiaal, techniek en detail. Dit alles in het kader van twee opdrachten: een zelf geïnitieerd afstudeerproject en een scriptie of paper.

In semester 7 werk je aan input voor je afstudeerproject, door het verwerven van specifieke vaardigheden of door een toegepaste opdracht die als een soort ‘master proof’ getuigt van de vaardigheden die je hebt verworven bij het ontwerpen en realiseren van projecten. Of je rondt je scriptie of paper af, als voorlopig onderzoeksresultaat dat de hoofdlijn vormt voor het afstudeerproject.

Binnen het Context-domein is het proefschrift het resultaat van een individueel en op eigen initiatief geïnitieerd onderzoek, waarbij onder andere taal wordt gebruikt als hulpmiddel om intuïtieve en associatieve reflecties te ordenen. De scriptie fungeert als een onderbouwd manifest – een mission statement – dat kan aansluiten bij het afstudeerproject. Positionering & Presentatie, binnen het domein Beroepspraktijk, is een permanente werkplaats waarin alle essentiële, structurele ondersteuning op het gebied van (re)presentatie en aanvullende verbindingen met de praktijk, alle andere domeinen en andere disciplines aan de orde komen. Workshops en lezingen bieden nuttige oefeningen, praktijkgericht onderzoek en praktische ondersteuning. De voorbereiding van de Field Trip van semester 8 is ook workshop, resulterend in een reisverslag.

De examens Interieurarchitectuur of Meubelontwerp van semester 8 bestaan uit het volgende:

  1. Afstudeerproject
    Je bent in staat meerdere ontwerpen te maken die één of meerdere vraagstukken uit het gehele (interieur)architectuur- of (meubel)ontwerpveld in de breedste zin van het woord bestrijken. Dit doe je binnen een thematische en zelf ontwikkelde afstudeeropdracht die jouw ontwerp, project, werk relateert aan een thematische of locatiegebonden context. Je kiest binnen een toegepaste opdracht zelfstandig je positie, waarmee je aantoont in staat te zijn de relevante technieken en vaardigheden toe te passen die nodig zijn om je ontwerp optimaal te realiseren, op basis van de kennis en ervaring die je op alle domeinen hebt opgedaan.
  2. Ontwerpend onderzoek (IST)
    Research by Design geeft uitdrukking aan jouw persoonlijke ontwerphouding. Deze ontwerp- en onderzoekscomponent ligt in het verlengde van eerdere studieprojecten die zijn gerealiseerd binnen de domeinen ‘Studio, P&I Praktijken, M&M, Context’ en/of het Individueel Studietraject. Het gaat erom dat je inzicht hebt in je manier van werken en dat je dit inzicht kunt gebruiken bij het definiëren en formuleren van je afstudeeropdracht.
  3. Theoretisch onderzoek
    Belangrijk onderdeel van de eindfase is het theoretisch onderzoeksproject: een essay (in beeldende of schriftelijke vorm) en/of scriptie waarin van je wordt verwacht dat je jezelf positioneert en kritisch reflecteert op het vakgebied, je fascinaties en de relatie tot je eigen werk. Het essay/scriptie gaat expliciet in op de kennis die is verworven binnen het Context-domein. Er wordt van je verwacht dat je specifieke standpunten inneemt ten aanzien van actuele theorieën over architectuur en design en dat je jezelf positioneert binnen het huidige discours.
  4. Lichaam van werk
    Eerder gerealiseerde ontwerpen en onderzoeken (uit voorgaande studiejaren) kun je meenemen in je eindexamenpresentatie en tentoonstelling.
  5. Beroepspraktijk en de beroepscontext
    Het eindexamen, de afstudeertentoonstelling en de presentatie van de afstudeerprojecten maken deel uit van een publieksevenement: de Graduation Show. Het belangrijkste aspect hierbij is de visuele en mondelinge presentatie van je afstudeerprojecten. Er wordt van je verwacht dat je jezelf en je werk positioneert binnen het discours. Er zijn verschillende manieren waarop je je werk aan de buitenwereld kunt presenteren, bijvoorbeeld via je afstudeerportfolio of door een eigen professionele website te maken en PR- en social media-campagnes op te zetten.

Vakken & studiepunten 2023-2024

Vakken Semester 1ECTS
Connections3
Input!6
Material Process 1 (incl IST 5)7
Communication Design 13
Text as Material 18
Internship 3

2

Event 7: After-party lectures

1

Collective 70
Totaal studiepunten per semester30
Vakken Semester 2ECTS
Connections in Practice 23
Material Process 2 (incl IST 6)14
Communication Design 23
Text as Material

8

Event 8: Graduation Exhibition2

Totaal studiepunten per semester

30

OER 2023-2024

Onderwijs- en Examenregeling

Informatie over de regelingen met betrekking tot de organisatie van het programma en de daarmee samenhangende beoordelingen en examens vind je in de Onderwijs- en Examenregeling (OER)

Maatschappelijke rol van ontwerp

IAFD Cohabitation

Een plek voor onderwijs in het heroverwegen van interieurarchitectuur en meubelontwerp

Het IAFD Cohabitation programma van de Bachelor Interieurarchitectuur en Meubelontwerpen aan de KABK bestrijkt de volledige bandbreedte van het ruimtelijke domein. Het programma is gericht op de essentiële en noodzakelijke verschuivingen in het definiëren van ruimtelijke omstandigheden om onze dagelijkse leefomgeving vorm te geven als onderdeel van het ecosysteem van de planeet aarde.

In een samenleving waar het tempo hoog is en snelle technologische veranderingen handelswaar zijn geworden, moeten we zorgvuldig kijken hoe we nieuwe generaties ontwerpers en architecten kunnen positioneren. We moeten ons afvragen wat disciplines tegenwoordig inhouden, hoe ze functioneren binnen de grotere complexiteit van onze samenleving, en hoe ze kennis en omgevingen produceren die van invloed zijn op het welzijn van ons menselijke soort, maar ook van andere soorten en de planeet als geheel.

De ongrijpbare manier waarop de samenleving tegenwoordig is georganiseerd, heeft rechtstreeks invloed op onze dagelijkse routines en geeft vorm aan onze fysieke omgeving. Het biedt ook mogelijkheden om gedrag en de organisatie van het dagelijks leven te veranderen door speculatieve, innovatieve en denkbeeldige ruimtelijke ontwerppraktijken voor te stellen. Tegelijkertijd zien we hoe de meeste ontwerppraktijken voor (interieur)architectuur en (meubel)ontwerp ingebed zijn in grotere economische cycli die veel uithoudingsvermogen en doorzettingsvermogen vereisen om specifieke stromen, verhalen of ontwikkelingen te transformeren of te veranderen.

Succes en mislukking worden gevalideerd door middel van media- en marktwaarde, en deze zijn standaard conservatief. We moeten ervoor zorgen dat we je opleiden tot iemand die zich bewust is van deze paradoxale en onstabiele situatie. Je wordt je ervan bewust van wat dit betekent voor het vak, en voor de beroepspraktijk in de nabije toekomst.

Wendbaarheid en aanpassingsvermogen zijn essentieel, evenals veerkracht en keuzevrijheid om een alternatieve agenda te kunnen voorstellen. En van daaruit kunnen we de nieuwe taken en nieuwe uitdagingen identificeren. Door architectuur en design niet te zien als een technisch protocol, maar vooral als een sociale praktijk in dialoog met onze natuurlijke omgeving, heeft IAFD Cohabitation een interdisciplinaire thematische focus op onderwerpen als ecologie en duurzaamheid, op de kwestie van samenleven op een beschadigde planeet.

Wat is de relatie tussen mensen en andere soorten en materialen op hun grotere leefgebied, de aarde? Welke soorten communicatie, afhankelijkheden en samenwerkingen zijn onderling mogelijk en hoe kan dit worden aangepakt en weerspiegeld in de ruimtelijke praktijk?

De afdeling heeft ervoor gekozen om naast de economische of functionele ook de culturele aspecten van de disciplines design & architectuur nader te onderzoeken. Je zou kunnen zeggen dat concepten als kritische reflectie, vertelling, speculatie en verbeelding vaker worden gebruikt dan probleemoplossing en fysiek welzijn, wat niet betekent dat projecten en je werk niet materieel of niet praktisch zijn.

Door het wetenschappelijke en op kennis gebaseerde deel te combineren met een gesitueerd, poëtisch, fantasierijk en verhalend deel, geven we je de kans om specifieke diepgewortelde procedures en mechanismen in dienst van het kapitalisme te overwinnen of te weerstaan.

Leerdoelen

(LOUISE Schouwenberg, MARINA Otero Verzier, CHRIS Kabel en BAS van Tol zijn lid van de beroepsadviescommissie IA & FD, en hebben de leerdoelen mede vorm gegeven)

In onze drie belangrijkste leerdoelen vinden we inspiratie en verwondering in de formulering van de Bauhaus-stichtingsregels uit 1919 door directeur Walter Gropius. Hoewel de regels ruim honderd jaar geleden zijn geformuleerd, zijn ze volgens ons actueler dan ooit.

Uit de ‘regels’ van Bauhaus:
Geen onbetwiste kennis. Animatie van studenten om zich bezig te houden met op onderzoek gebaseerde instructie.
a. Theorie=Oefening, Praktijk=Theorie van de betekenis van materialen, inclusief woorden.

Uit de ‘regels’ van Bauhaus:
Academy opgenomen in de workshops.
b. Leren door te doen om de ontwerpcyclus op gang te brengen door ideeën te hebben, ideeën te testen, te heroverwegen en het resultaat te verbeteren.

Uit de ‘regels’ van Bauhaus:

Toepassing van bevindingen in het dagelijks leven om impact te hebben op de samenleving.

c. Ontwerp = Samenwerking individueel en collectief ‘eigenaarschap’.

Deze drie leerdoelen zijn cruciaal voor onze onderwijswaarden. Wij kiezen nadrukkelijk voor een ‘en, en, en…’ strategie. We maken gebruik van kruisbestuiving, verweving en vervlechting van de verschillende onderwijsdomeinen (Kennis, Studio, Media & Materialen, Zelfstandige Praktijk, Beroepspraktijk) en een multidisciplinaire benadering van de specialisaties Interieurarchitectuur & Meubelontwerp om de student de kwaliteiten te geven om zich te ontwikkelen een veelzijdige en wendbare praktijk.

De cultuur en gemeenschap van de afdeling wordt gevormd door deze onderzoekende houding en is erop gericht ook na schooltijd een netwerk te bieden voor studenten en alumni. Je zal in je studie inzichten kunnen verwerven, reeds bestaande kwaliteiten kunnen versterken, nieuwe vaardigheden kunnen opdoen en werkwijzen kunnen ontdekken die specifiek passen bij de richting en positie die de student nastreeft. Tegelijkertijd zullen de cultuur van de afdeling en de specifieke studentenpopulatie helpen je zowel individueel als collectief te positioneren.

De betekenis van materialen, inclusief woorden. - Intuïtieve makers en analytische geesten

Het uitgangspunt en de focus voor een ontwerp/werk kunnen talrijk zijn. In het curriculum bieden we veel ontwerp- en onderzoeksmethoden aan. In het ene project is materiaalgebruik het uitgangspunt, in een ander een theoretisch essay, in weer een ander een mix van beide. Wij beschouwen al deze methoden van ontwerp en onderzoek als gelijkwaardig. Wij werken met professionals die lesgeven vanuit de ervaring uit hun praktijk, of deze nu theorie- of praktijkgericht is.

We zullen je er ook van bewust maken dat gesitueerde kennis en academische kennis wederzijds voordelig kunnen zijn voor de projecten die zij ontwikkelen. De verschillende manieren van onderzoek, of het nu kunstgerelateerd, ontwerpgerelateerd of architectuurgerelateerd is, worden ondersteund door specifieke kennisgerichte cursussen. Je kan de verschillen ervaren en daaruit een keuze maken. Dit impliceert een proactieve studiehouding. Met een verscheidenheid aan oefeningen helpen we je te kiezen en posities in te nemen.

Concreet is de materialisatie* van ideeën een grote zorg voor de afdeling. Om ervaringen en scenario’s tastbaar te maken, om tussenproducten te ontwikkelen die een belangrijke rol kunnen spelen bij het maken van karakteristieke en locatiespecifieke ruimtes. De kracht van een analytische geest met het talent om dingen tastbaar te maken, is een troef in een breed scala aan praktijken, zowel via het educatieve pad (MA en PhD) als het professionele pad, of een combinatie van beide.

*MARINA: Met de term materialisatie is het belangrijk om te praten over de reikwijdte en schaal van operaties (transmaterieel of trans-scalair), en hoe deze zich vertalen in verschillende opvattingen over materialiteit. Een student kan bijvoorbeeld een nieuw beleid voorstellen voor het reguleren van het meubilair in de openbare ruimte. De materialisatie wordt hier op een andere manier opgevat alsof het project zou bestaan uit het ontwerpen van een meubelstuk.

Auteurschap en het collectief

Als afdeling investeren we in het vermogen van toekomstige ontwerpers om in multidisciplinaire teams te werken en erkennen we het belang van de collectieve inspanning*1, waarbij we de rol van de auteur als eenzame visionair en het ultieme startpunt voor elke creatieve expressie in twijfel trekken. Wij pleiten voor een *2auteurschap dat recht doet aan het individuele eigendom van de auteur, om zo samen te kunnen werken met andere afdelingen, bedrijven, ambachtslieden en instellingen. Het individuele artistieke talent moet worden ingebed en erkend in een context, door samenwerking of samenwerking, met organische en anorganische materiële, levende en denkende entiteiten en omgeving (de ‘Umwelt’). De erkenning dat we verstrikt zijn in een creatief, economisch en existentieel ecosysteem, herdefinieert onze parameters voor design en zijn context.

*1.MARINA: Samenwerking betekent niet anonimiteit. Het individu maakt deel uit van het collectief, maar individuele standpunten worden onderhandeld om collectieve standpunten vorm te geven. Dit betekent niet dat het collectief een verenigd, solide blok is, maar eerder een polyfonisch lichaam dat ‘bij de problemen wil blijven’. De positie van de auteur wordt vaak opgevat als een ideologische, compromisloze, persoonlijke positie die weerstand biedt aan de maatschappelijke druk om een uniek werk of een unieke gedachte voort te brengen. Maar misschien meer dan ooit hebben we vandaag allianties nodig, we hebben vormen van solidariteit en collectief denken nodig. De groep is er niet om de visionairen of welke visie dan ook te doden, maar om daadwerkelijk te ondersteunen, te betwisten, of iets toe te voegen, uit te dagen, te verbeteren en openbaar te maken.

*2.LOUISE: Er bestaan veel opvattingen over wat een auteur is. De markt heeft auteurschap ingezet als merkinstrument, waarbij de sterontwerper als persoon en het kenmerkende ontwerp als stijl worden benadrukt. Wij pleiten voor auteurschap als ‘eigenaar’ van het hele verhaal van wat men vertelt, waarbij we de volledige verantwoordelijkheid nemen en vanuit een sterke houding samenwerken.

Dromers en presteerders

We gebruiken de afdeling als proeftuin en in-situ experimentele setting voor sociale interactie, maar ook voor interacties met materialen, technieken en verschillende vormen van kennis; academisch en gelegen. Wij onderstrepen de essentie van een ontwerp en ontwerpontwikkeling die dagelijks werkt en ook gevoed wordt door routines en oefeningen. Niet om de controle te hebben, maar om ze als metgezellen te kunnen gebruiken bij de ontwikkeling van situaties die passen bij onze behoeften en verlangens, maar ook bij die van de samenleving als geheel.

Leren door te doen betekent ook leren door te testen*.

Leren door te doen vergt specifieke moed en aanmoediging. Vaak helpt een open blik op de disciplines. We stimuleren een bijzondere trots in het werken met definities als kortstondig, tijdelijkheid, prototyping, conversatie, constructie van de werkelijkheid zoals gevonden, improvisatie, verrassing, het onvoorziene en het onvoltooide.

*CHRIS: De cyclus van een ontwerpontwikkeling zou de implementatie, het testen en het blootleggen van concepten, ideeën en prototypes moeten omvatten om hun geldigheid te controleren. Hoe beangstigend het ook mag zijn, aangezien het testen de visie zou kunnen ondermijnen, het zou ook een zeer gezonde en louterende ervaring kunnen zijn, omdat het aanpassing, heroverweging en verbetering van de ontwerpen vereist om ze in een groter disciplinair of maatschappelijk kader te plaatsen.